zaterdag 3 november 2007

“Machtsstrijd tussen NAVO-lidstaten geeft grimas aan missie”

Chaos en tegengestelde doelstellingen tussen de NAVO-landen die militairen moeten leveren voor de ISAF-missie belemmeren vooruitgang in Afghanistan. Dit zei de voormalige ISAF-commandant David Richards in de Canadese krant Globe and Mail vrijdag.

De Britse generaal Richards was tot februari bevelhebber van de ISAF-troepenmacht in Afghanistan.

“De landen die een bijdrage leveren aan de missie moeten het samen met de Afghaanse regering eens worden over een samenhangende strategie die op een efficiënte wijze kan worden uitgevoerd.”

Hij zei dit op een conferentie van leiders die vorige donderdag was georganiseerd door de Canadese regering in de Britse hoofdstad Londen.

Richard zei “dat generaal Dan McNeill, de huidige ISAF-commandant, te weinig troepen heeft om de operaties te leiden op een manier die overeenkomt met de fundamenten van de tactiek waarmee een opstand wordt bestreden.”

Een andere hoge officier zei dat er minstens een verdubbeling van het aantal ISAF-troepen moet komen, en misschien veel meer dan dat, om zelfs maar de laagste drempel van de doelstellingen te bereiken. Momenteel zijn er 41.000 NATO militairen in Afghanistan.

Canadese functionarissen zeiden in de wandelgangen dat het opbouwen van de Afghaanse “staat” en pogingen om hulp te verlenen door het Canadese ministerie van Buitenlandse Zaken, evenals de militaire pogingen die worden ondernomen en die geleid worden door generaal Rick Hillier, armzalig zijn gecoördineerd.

De meeste functionarissen zeiden op persoonlijke titel dat met het huidige aantal troepen en financiële middelen er weinig kans bestaat dat er duurzame ontwikkeling tot stand wordt gebracht in het door strijd geteisterde zuiden van Afghanistan, waar de Canadezen hun hoofdkwartier hebben.

De voormalige topgeneraal Klaus Neumann was het met generaal Richards eens: "Er zijn te weinig troepen in Afghanistan die vechten."

Hij constateerde vorig jaar dat de NAVO over 5.000 gevechtstroepen beschikt en geen reserves beschikbaar heeft om militaire operaties uit te breiden.

Wanneer Canada zich terug zou trekken uit Afghanistan, dan zou het daarmee de ISAF-missie in grote problemen achterlaten.

Dit werd ook al eerder gezegd over een eventuele terugtrekking van Nederlandse troepen uit Uruzgan.

Generaal Richards sprak van een “huidige situatie zoals die op de Balkan, waarbij elk land, hoewel best begrijpelijk, successen nastreeft in zijn provincie, maar soms, jammer genoeg, ten koste van de operatie in het geheel.”

Richards zei dat functionarissen nu een beter begrip hebben van de Afghaanse kwestie, maar voegde daaraan toe “we moeten nu dat begrip vertalen naar een aanvullende en samenhangende uitvoering van wat momenteel veel verschillende plannen en prioriteiten zijn.”

“De realiteit in het zuiden, waar de Canadezen en Britten vechten, en in mindere mate in het oosten, is zeker minder goed,” zei Richards.

“Hier is het plaatje er een van langzame vooruitgang, niet nagekomen beloftes, niet waargemaakte verwachtingen en een armzalige veiligheidssituatie.”

Sinds de NAVO-top in Riga van vorig jaar is de ISAF-veiligheidsmacht van de NAVO gegroeid van ongeveer 33.000 naar 41.000 militairen. Daarnaast zijn er 10.000 soldaten in Afghanistan in het kader van de door de VS-geleide Operation Enduring Freedom.